Overige niet-financiële informatie

CO2 en energie

Deze paragraaf geeft een gedetailleerd overzicht van het energiegebruik en de CO2-gerelateerde impact van Alliander. Tevens worden de gebruikte methodologie en omrekenfactoren nader toegelicht.

Energieconsumptie

Alliander hanteert 2012 als basisjaar voor het berekenen van haar energiereductie. De reden hiervoor is dat in dit jaar doelstellingen zijn geformuleerd.

Energieconsumptie #

2018

2017

2016

Gasgebruik gebouwen

 1.386.649 m3 1

915.619 m3

1.256.026 m3

Brandstof wagenpark

   

Benzine

1.360.318 Liter

1.248.224 Liter

1.237.807 Liter

Diesel

4.392.424 Liter

4.360.044 Liter

4.606.842 Liter

LPG

 10.186 Liter

 9.659 Liter

9.786 Liter

Elektriciteit2

0 kWh

204.555 kWh

136.000 kWh

Elektriciteitsgebruik gebouwen

9.779.593 KWh

9.818.143 kWh

10.456.041 kWh

  • 1 Door toevoeging van technische locaties is het totale aardgasverbruik van gebouwen per saldo gestegen.
  • 2 Het elektriciteitsverbruik voor ons wagenpark is administratief onderdeel van de cijfers voor onze bedrijfsgebouwen.

Energieconsumptie GJ

2018

2017

2016

Conversiefactor

Gasgebruik gebouwen

 48.768 GJ

 34.258 GJ

44.174 GJ

35,17 officiële energetische waarde aardgas Slochteren

Elektriciteitsgebruik gebouwen

35.207 GJ

35.345 GJ

37.641 GJ

conversiefactor 3,6, omrekenfactor SI

Totaal energiegebruik gebouwen:

83.975 GJ

 69.603 GJ

81.816GJ

 
     

Energieconsumptie mobiliteit

   

Conversiefactor

Benzine

44.074 GJ

40.442 GJ

40.105 GJ

conversiefactor 32,4

Diesel

157.249 GJ

156.090 GJ

164.925 GJ

conversiefcator 35,8

LPG

265 GJ

251 GJ

254 GJ

conversiefactor 26

Elektriciteit

0 GJ

736 GJ

490 GJ

conversiefactor 3,6

Totaal energiegebruik mobiliteit

201.588 GJ

197.520 GJ

205.774 GJ

 

Totaal energiegebruik

285.563 GJ

267.123 GJ

287.590 GJ

 

CO2-uitstoot en voetafdruk

Voor weergave in het verslag wordt een sectoruniforme scope toepassing gehanteerd. Deze wijkt af van de het GHG-protocol.

De waarden volgens het GHG-protocol zijn in deze tabel opgenomen.

Scope 1

2018

2017

Gasverbruik gebouwen

2.621

1.838

Lekverlies Aardgasnetwerk

48.021

48.345

Lease- & dienstauto's:

17.933

17.621

SF6 Emissies:

1.255

1.295

Totaal

69.830

69.099

   

Scope 2

2018

2017

Elektriciteit gebouwen

4.327

4.344

Netverlies elektriciteit technisch

274.740

300.950

Netverlies elektriciteit administratief

121.272

141.607

Totaal

400.339

446.901

   

Scope 3

2018

2017

Woon-werkverkeer, dienstreizen, vliegverkeer

4.504

5.773

Totaal

4.504

5.773

   

Totaal

2018

2017

Totaal voetafdruk

474.673

521.773

Vergroening

-186.777

-105.911

Totaal inclusief vergroening

287.896

415.862

De meeste gegevens, zoals opgenomen in de tabellen en grafieken in dit verslag, zijn gebaseerd op onderliggende bronsystemen. Voor een aantal gegevens wordt gebruik gemaakt van de registratie en/of rapportage door derden. Een voorbeeld hiervan is het afvalvolume en de aan afval gerelateerde CO2-uitstoot.

Bij totstandkoming van de CO2-voetafdruk en het energiegebruik wordt gebruik gemaakt van aannames en inschattingen. Sinds 2016 wordt de CO2-emissiefactor voor het netverlies berekend op basis van de inkoop van het netverlies bij onze leveranciers. Voor het jaarverslag 2018 zijn de stroometiketten van 2017 gehanteerd. Dit leidt tot een waarde van de CO2-coëfficiënt van 0,26475 kg CO2/kWh. Dit is inclusief een correctie van 2% voor tank-to-wheel.

Ruim 85% van de CO2-voetafdruk wordt veroorzaakt door netverlies E, dat getal is berekend met 0,26475.

Ongeveer 10% van de CO2-voetafdruk wordt veroorzaakt door lekverlies G, gebaseerd op het aantal leidingen dat in het netwerk van Alliander ligt. De gietijzeren leidingen hebben hierbij een hoger lekverlies (323 m3 per kilometer), en daar mee een hoger uitstoot dan de reguliere leidingen (55,29 m3 per kilometer). De CO2-equivalent die daarbij gehanteerd wordt voor methaan is 25.

Transport

De grootste impact die Alliander heeft buiten haar organisatiegrenzen komt door het energietransport naar eindgebruikers van energie, het gaat hierbij om de volgende hoeveelheden:

Energietransport

2018

2017

2016

Electriciteitstransport

29.858 GWh

29.960 GWh

29.990 GWh

Gastransport

6.090 miljoen m3

6.228 miljoen m3

6.367 miljoen m3

Als energieintensiteitsratio hanteert Alliander haar energieverbruik in GJ gedeeld door haar netto-omzet in miljoenen. In deze ratio worden gasgebruik van gebouwen, brandstofgebruik van het wagenpark en het elektriciteitsgebruik van de gebouwen meegenomen.

Energieintensiteitsratio

2018

2017

2016

 

148.2 GJ/Miljoen € (284.637/1.920)

157,4 GJ/Miljoen € (267.123/1.697)

181,6 GJ/Miljoen € (287.590/1.584)

  • * Deze informatie is niet beschikbaar naar energietype. Voor Alliander geldt dat er inzicht is in de energietypes voor scope 1 gebruik, het onderscheid naar energietype voor eigen gebruik heeft een veel minder grote omvang en impact en is daarom niet materieel.

Groen gas

De totale invoeding groen gas in het verzorgingsgebied in aantal m3 in het jaar 2018 was 32.960.000m3. Dit gebeurde met 16 groengasaansluitingen. Met groen gas wordt bedoeld:

  • Groen gas: Bio-SNG, Biogas of Stortgas dat tot aardgaskwaliteit is opgewerkt Biogas: Gas dat zich binnen de definitie van gas in de Begrippenlijst Gas onderscheidt doordat het een product is uit een vergistingsproces. Het bevat voornamelijk CH4 en CO2.

  • Stortgas: Gas dat zich binnen de definitie van gas in de Begrippenlijst Gas onderscheidt doordat het een product is van een stortplaats. De samenstelling is vergelijkbaar met Biogas.

  • Bio-SNG: SNG dat geproduceerd wordt uit uitsluitend biomassa.

Crisisorganisatie

Alliander beschikt over een crisisorganisatie, die onder meer bij grote storingen wordt ingezet. In deze organisatie draaien functionarissen van diverse afdelingen piketdiensten. Afhankelijk van de aard en omvang van het incident stellen we na afloop een case- en/of onderzoeksteam samen om eventuele interne en/of externe onderzoeken te begeleiden en af te ronden. Alle grote incidenten worden geëvalueerd, op basis waarvan mogelijke verbeteringen worden geïdentificeerd en geïmplementeerd

MVO-organisatie

MVO is een integrale verantwoordelijkheid voor alle bedrijfsonderdelen en maakt deel uit van de Planning & Control cyclus. Alle bedrijfsonderdelen beschikken over een analyse van de kwalitatieve en kwantitatieve maatschappelijke effecten van hun bedrijfsvoering. De Raad van Bestuur is in zijn geheel verantwoordelijk voor de economische, ecologische en sociale impact van Alliander. De manager MVO communiceert het beleid persoonlijk naar de directeuren van de bedrijfsonderdelen en faciliteert het directieteam bij het vaststellen van kwantificeerbare parameters voor het monitoren van voortgang. De Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen consulteren vertegenwoordigers van de stakeholders. Door aanwezigheid of vertegenwoordiging in regulier en ad-hoc overleg wordt actief kennisgenomen van ontwikkelingen en standpunten over strategische thema's. Zie het hoofdstuk Interactie met stakeholders voor de verschillende maatschappelijke onderwerpen die zijn besproken.

De resultaten van het MVO beleid worden met de stakeholders geëvalueerd. Aan de hand van onder meer klantconsultaties, medewerkersbetrokkenheid, aandeelhoudersbijeenkomsten, ronde tafel bijeenkomsten en de maatschappelijke verslaglegging wordt vastgesteld  in welke mate stakeholders het beleid en de resultaten daarvan waarderen.

Externe assurance Maatschappelijk deel Jaarverslag

Alliander vindt het voor haar stakeholders van belang om assurance te verkrijgen bij het maatschappelijk deel van het jaarverslag. Voor het jaarverslag 2018 heeft Alliander een goedkeurend assurance-rapport met een redelijke mate van zekerheid verkregen voor het meest relevante deel van het jaarverslag, namelijk de belangrijkste stuurvariabelen van het bedrijf (financieel én niet financieel).

Daarnaast heeft Alliander redelijke mate van zekerheid verkregen bij de meest materiële thema's voor de verslaggeving (Materialiteitstoets). Ook heeft Alliander een goedkeurend assurance-rapport met beperkte mate van zekerheid verkregen bij de rest van het maatschappelijk deel van het jaarverslag. Ter waarborging van de kwaliteit van de maatschappelijke informatie hanteert Alliander het 'three-lines-of-defence-model'. Vanuit onder meer de stakeholderdialoog, materialiteitstoets en GRI vindt een uitvraag plaats bij de bedrijfsonderdelen voor de aanlevering van maatschappelijke informatie. De bedrijfsonderdelen vormen de eerste verdedigingslinie en zijn verantwoordelijk voor het aanleveren van betrouwbare informatie. De business controller van het desbetreffende bedrijfsonderdeel, als tweede verdedigingslinie, bewaakt de tijdige en betrouwbare aanlevering door de bedrijfsonderdelen. De business controller toetst onder meer de onderbouwing en analyses aangeleverd door de bedrijfsonderdelen en bouwt een dossier op voor de verificatie door de interne accountantsdienst. De interne accountantsdienst vormt de derde verdedigingslinie en verifieert de maatschappelijke informatie alvorens deze door de externe accountant wordt beoordeeld. De externe accountant vormt het sluitstuk van het verificatieproces en verstrekt uiteindelijk zekerheid, zoals verwoord in haar verklaring.

Aanvullende data

Omschrijving

31-12-2018

31-12-2017

Datum voorgaand verslag

22-2-2018

9-3-2017

Significante financiële steun van overheden

€ 2.431.827

€ 2.683.244

Ongevallen en gezondheidsklachten van burgers in relatie tot bedrijfsmiddelen/ juridische procedures gezondheid en veiligheid van klanten en/of derden

1 lopend

3 lopend

0 afgerond

1 afgerond

Frequentie stroomonderbreking

Saifi: 0,468

Saifi: 0,239

Stroomonderbrekingsduur in minuten

Saidi: 30,6

Saidi: 20,87

Caidi: 72,16

Caidi: 87,41

Efficiency van transport en distributie: Totaalnetverlies als % van de totale invoeding

2018: 4,76%

2017: 4,4%

Totale lengte van gehuurde glasvezelinfrastructuur

4.180 km

4.002 km

Total lengte van eigen glasvezelinfrastructuur

1.776 km

1.774 km

Nieuw gerealiseerde glasvezelinfrastructuur

71 km

277 km

Percentage medewerkers dat in aanmerking komt voor pensioenregeling over 5 jaar

28%

28%

Percentage medewerkers dat in aanmerking komt voor pensioenregeling over 10 jaar

40%

40%

Medewerkers met arbeidsovereenkomst bepaalde tijd aantal

451

491

Medewerkers met arbeidsovereenkomst onbepaalde tijd aantal

5.407

5.401

Medewerkers met fulltime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract aantal

5.893

6.124

Medewerkers met inhuurcontract aantal

1.613

1.691

Medewerkers met parttime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract aantal

1.578

1.455

Totale personeelomvang aantal

7.471

7.583

Totale EIGEN personeelomvang FTE

5.669

5.716,15

Totale personeelomvang Inhuur FTE

1.147

1.363,15

Percentage werknemers betrokken bij en onderhevig aan collectieve regelingen arbeidsovereenkomsten

100%

100%

Instroom mannelijke medewerkers

452

419

Instroom vrouwelijke medewerkers

129

135

Uitstroom mannelijke medewerkers

501

372

Uitstroom vrouwelijke medewerkers

160

128

Medewerkers in leeftijdscategorie <25 jaar

90

95

Medewerkers in leeftijdscategorie >=55 jaar

1.624

1.618

Medewerkers in leeftijdscategorie 25-35 jaar

1.244

1.264

Medewerkers in leeftijdscategorie 35-45 jaar

1.528

1.510

Medewerkers in leeftijdscategorie 45-55 jaar

1.372

1.405

Medewerkers in leidinggevende posities

518

513

Mannelijke medewerkers

4.709

4.719

Vrouwelijke medewerkers

1.149

1.173

Vrouwelijke medewerkers in leidinggevende positie

28,80%

24,95%

Medewerkers met afstand tot de arbeidsmarkt aantal
 (2018: 103, waarvan 8 statushouders)

95+8

102+6

Verhouding salaris vrouw/man

0,9908

0,9770

Aandeel van het medewerkersbestand dat is vertegenwoordigd in formele arbo-commissies van werkgever en werknemer

99,9%

99,9%

Aantal gevallen van gemelde klachten over arbeidsomstandigheden via het formele klachten mechanisme

9

2

Aantal gemelde gevallen van ongewenste omgangsvormen (en discriminatie) door medewerkers

31

37

Monetaire waarde van significante boetes en totaal aantal niet-monetaire sancties wegens het niet naleven van milieuwet- en - regelgeving

€ 10.000

€ 20.000

Monetaire waarde van significante boetes wegens het niet naleven van wet- en regelgeving betreffende de levering en het gebruik van producten en diensten

€ 10.000

€ 40.500

Aantal bij bevoegd gezag gemelde milieu incidenten

21

23

Aantal opgelegde niet financiële sancties wegens niet (goed) naleven van milieu wet- en regelgeving

0

4

Lopende rechtzaken tegen de organisatie door derden waarin corruptie/fraude (onderdeel van ) de aanklacht vormt

0

0

Bedrijven waarmee relatie is verbroken vanwege corruptie/fraude

0

0

Medewerkers geconfronteerd met maatregelen vanwege corruptie/fraude

9

9

Aantal medewerkers die dit jaar veiligheidsopleiding hebben gevolgd (opleiding en examen met goed gevolg afgelegd)

1.707

1.520

Aantal Contractanten die dit jaar veiligheidsopleiding hebben gevolgd (opleiding en examen met goed gevolg afgelegd)

0

14

Kantoorafval: papier (in ton)

2018: 847

2017: 864

Kantoorafval: datazeker paper (in ton)

2018: 112

2017: 160

Kantoorafval: divers (in ton)

2018: 397

2017: 449

Kantoorafval: gevaarlijk (in ton)

02

2017: 4

Bedrijfsafval: metaal (in ton)

2018: 7.775

2017: 8.112

Bedrijfsafval: hout (in ton)

2018: 199

2017: 215

Bedrijfsafval: kunststof (in ton)

2018: 937

2017: 802

Bedrijfsafval: grond (in ton)

2018: 2.743

2017: 1.699

Bedrijfsafval: divers (in ton)

2018: 4.515

2017: 4.758

Gevaarlijk afval (in ton)

2018: 764

2017: 1.155

Afval: totaalgewicht ton

2018: 18.290

2017: 18.219