Pijler 2: nieuwe open netten

Afhankelijk van de klantvraag, kan het efficiënter zijn om alternatieve infrastructuren toe te passen. Alliander investeert in de ontwikkeling van alternatieve energienetten. Denk bijvoorbeeld aan warmtenetten en een infrastructuur voor elektrische laadpalen. En het hoort bij onze maatschappelijke rol om de markt te faciliteren. Het is daarbij cruciaal dat deze nieuwe infrastructuur voor iedereen, zowel voor klanten als leveranciers, onder gelijke voorwaarden bereikbaar ('open') is en dat de gebruiker kan kiezen van wie hij zijn energie afneemt.

Lelystad Airport en gelijkstroomnet

Lelystad Airport wordt omgebouwd tot een innovatieve luchthaven voor vakantievluchten. Bij de luchthaven en het naastgelegen bedrijvenpark realiseren we in 2017 ons eerste publieke gelijkstroomnet (DC-net), dat als publiek net voor meer partijen toegankelijk is. Met het ontwerp van het net voor gelijkstroom zijn we in 2016 begonnen. Het nieuwe lokale net brengt vraag en aanbod bij elkaar zonder tussenkomst van wisselstroom. Bijna elk elektrisch apparaat werkt op gelijkstroom. Maar uit het stopcontact komt wisselstroom. Vandaar dat veel apparaten een omvormer hebben, die van wisselstroom gelijkstroom maakt. En dat kost energie. Duurzame energie, die met zonnepanelen wordt opgewekt, is ook gelijkstroom. En die wordt dus óók eerst met een omvormer omgezet naar wisselstroom. Met een gelijkstroomnet hoeven die twee tussenstappen niet meer. Dat scheelt veel energie, in Lelystad is een mogelijke besparing van 10 procent haalbaar.
Met dit eerste publieke DC-net willen we als Liander leren en vaststellen of, waar en op welke wijze, een DC-net een aanvulling kan zijn op ons reguliere wisselstroomnet (AC-net). Door het energiesysteem lokaal te optimaliseren, faciliteren we onze klanten bij hun duurzame energiekeuzes en houden we de energievoorziening betrouwbaar, bereikbaar én betaalbaar voor iedereen.

Rol in de warmtetransitie

De energietransitie is goed merkbaar op het gebied van warmte. We merken dat we hierin een nieuwe fase ingaan. Aardgasloze energievoorziening wordt steeds meer realiteit. Gemeentes nemen het heft in handen. In denken en beleid is daardoor steeds meer ruimte voor de inzet van alternatieve warmtebronnen. Alliander DGO en Liander werken daarbij intensief samen om te kijken naar passende oplossingen voor lokale vraagstukken. Zo is in 2016 begonnen met de voorbereiding van pilots met een aardgasloze wijken in Amsterdam en Leiden. Ook is aan de gemeente Ede advies gegeven om desinvesteringen in nieuwbouw te voorkomen door meer synergie te creëren tussen het lokale warmtebedrijf en de netbeheerder. En op wijkniveau zijn we met een aantal buurtcoöperaties de samenwerking aangegaan, met als doel dat de coöperaties in de toekomst zelf als warmteleverancier optreden. Dit gebeurde onder meer in Culemborg (Thermobello), Den Haag (Vruchtenbuurt), Arnhem (BuurtGroenBedrijf) en Amsterdam (Meer Energie).

Warmtenet Hengelo

Alliander DGO heeft in 2016, samen met energieleverancier Ennatuurlijk, Warmtenet Hengelo overgenomen van de gemeente Hengelo. Deze samenwerkingsovereenkomst maakt de aanleg van de hoofdleiding van het warmtenet mogelijk. Restwarmte van AkzoNobel die tot nu toe onbenut bleef, wordt na de aanleg gebruikt om woningen en bedrijven te verwarmen. Ennatuurlijk verzorgt de levering en Alliander DGO legt het netwerk aan en beheert dit. Hierdoor kan het warmtenet de komende jaren groeien.

Reductie van uitstoot

De warmtenetten in Hengelo en Nijmegen zorgden voor een aanzienlijke besparing van aardgasverbruik en reduceerden daarmee de uitstoot van CO2 en fijnstof. In april 2016 namen we de biogas- en proceswaterleiding tussen Industriewater Eerbeek (IWE) en papierfabriek DS Smith in gebruik. Via die verbinding wordt het mogelijk om zowel biogas als het gezuiverde water direct te benutten bij de papierfabriek. Dit bespaart jaarlijks ongeveer 700.000 m3 grondwater en reduceert de CO2-uitstoot jaarlijks met ongeveer 5.000 ton.

Professionalisering in elektrische mobiliteit

Dochteronderneming Allego investeert in nieuwe, open laadinfrastructuur voor elektrische mobiliteit in Nederland, Duitsland en België. In 2016 was er een toename van elektrische mobiliteit. Het aantal elektrische voertuigen steeg opnieuw (naar 100.000 elektrische voertuigen in Nederland) en ook brachten autofabrikanten nieuwe elektrische voertuigen op de markt. We verwachten een nieuwe generatie volledig elektrische voertuigen vanaf 2018, waar lange afstanden mee gereden kunnen worden. Een belangrijke voorwaarde voor verdere groei is de beschikbaarheid van publiek toegankelijke oplaadpunten voor elektrische auto’s. Het concept van Allego is gericht op een open infrastructuur en op interoperabiliteit binnen de EU. Een open infrastructuur zorgt ervoor dat e-rijders bij alle laadpalen kunnen laden en dat ze kunnen kiezen bij wie ze hun stroom afnemen.

Aantal laadpalen in Nederland1
  • 1 Op basis van openbare informatie van de Rijkdienst voor Ondernemend Nederland.