IFRS

De jaarrekening van Alliander is opgesteld op basis van de International Financial Reporting Standards (IFRS) per 31 december 2017, die door de Europese Unie (EU) zijn goedgekeurd en de bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW. IFRS omvat zowel de IFRS-standaarden als de International Accounting Standards, die door de International Accounting Standards Board (IASB) zijn uitgebracht, en de interpretaties van IFRS- en IAS-standaarden, uitgebracht door het IFRS Interpretations Committee (IFRIC) respectievelijk het Standing Interpretations Committee (SIC).

De belangrijkste grondslagen voor waardering en resultaatbepaling die zijn gehanteerd bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening worden hierna beschreven. Het historische kostenprincipe wordt gehanteerd. In afwijking hiervan geldt dat bepaalde activa en verplichtingen, waaronder derivaten, tegen reële waarde worden gewaardeerd. Tenzij anders vermeld, zijn deze waarderingsgrondslagen consistent toegepast voor alle boekjaren die in deze jaarrekening zijn opgenomen.

Het opstellen van een jaarrekening brengt met zich mee dat gebruik wordt gemaakt van schattingen en veronderstellingen die zijn gebaseerd op ervaringen uit het verleden en op factoren die naar het oordeel van het management aanvaardbaar zijn, gegeven de specifieke omstandigheden. Deze schattingen en veronderstellingen zijn van invloed op de waardering en presentatie van de gerapporteerde activa en verplichtingen, op de niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen evenals op de gedurende het boekjaar gerapporteerde baten en lasten. De werkelijke uitkomsten kunnen afwijken van de gehanteerde schattingen en veronderstellingen. In noot [35] op de jaarrekening wordt nadere informatie verstrekt over die gebieden en posten in de jaarrekening waar gebruik wordt gemaakt van schattingen en veronderstellingen. Tenzij anders vermeld, luiden alle in de jaarrekening opgenomen bedragen in miljoenen euro’s.

Ongerealiseerde winsten op transacties tussen de Alliander-groep en haar deelnemingen dan wel joint ventures worden geëlimineerd naar rato van het belang van de groep in de deelneming of de joint venture. Ongerealiseerde verliezen worden eveneens geëlimineerd, tenzij de desbetreffende transactie aanleiding geeft tot het verantwoorden van een bijzonder waardeverminderingverlies. De waarderingsgrondslagen van deelnemingen en joint ventures worden indien nodig aangepast om een consistente toepassing van waarderingsgrondslagen binnen de Alliander-groep te realiseren.

Nieuwe en/of gewijzigde IFRS-standaarden die van toepassing zijn in 2017

De IASB en het IFRIC hebben nieuwe en/of gewijzigde standaarden en interpretaties uitgebracht, die met ingang van boekjaar 2017 van toepassing zijn voor Alliander. Onderstaande standaarden en interpretaties zijn goedgekeurd door de Europese Unie.

IAS 12 ‘Opname van uitgestelde belastingvorderingen voor niet-gerealiseerde verliezen’ verduidelijkt een aantal specifieke situaties bij het bepalen en al dan niet opnemen van uitgestelde belastingvorderingen.

IAS 7 ‘Initiatief op het gebied van de informatieverschaffing - Wijzigingen in IAS 7 Het kasstroomoverzicht ‘Wijzigingen uit financieringsactiviteiten voortvloeiende verplichtingen’ ziet toe op nadere toelichting op mutaties in financiële verplichtingen, zodanig dat daarbij inzicht wordt gegeven in feitelijke kasstromen en in andere mutaties.

Om dat te bereiken moeten de volgende mutaties, indien van toepassing worden toegelicht:

  1. Mutaties van financieringskasstromen;

  2. Mutaties als gevolg van verkrijgen of verliezen van control over dochterondernemingen of andere bedrijfsactiviteiten;

  3. Het effect van koersveranderingen van balansposten in vreemde valuta;

  4. Reële waarde-mutaties; en

  5. Overige mutaties

De wijziging in IAS 12 heeft geen impact op de jaarrekening 2017; de wijziging in IAS 7.44A is verwerkt in de toelichting in op de jaarrekening onder noot 13.

Verwachte wijzigingen in waarderingsgrondslagen

Naast bovengenoemde nieuwe en gewijzigde standaarden, hebben de IASB en het IFRIC nieuwe en/of gewijzigde standaarden en interpretaties uitgebracht die op latere boekjaren van toepassing zullen zijn voor Alliander. Deze standaarden en interpretaties kunnen alleen worden toegepast als zij zijn goedgekeurd door de Europese Unie. Onderstaand de wijzigingen die voor Alliander van belang kunnen zijn.

IFRS 15 ‘Revenue from Contracts with Customers’ vervangt per 1 januari 2018 de bestaande standaarden IAS 11 ‘Construction Contracts’ en IAS 18 ‘Revenue Recognition’. In essentie komt IFRS 15 er op neer dat de contracten met klanten worden ontleed naar de te leveren prestaties. De opname van daaraan verbonden rechten en verplichtingen en de opbrengstverantwoording worden daarbij afgeleid van de te bepalen transactieprijzen van die prestaties. De toelichtingsvereisten onder IFRS 15 zijn omvangrijk.

IFRS 15 biedt een keuze in de wijze van overgang naar deze nieuwe standaard, te weten 'Full-retrospective en Prospective'. Bij de 'Full-retrospective Transition' wordt het cumulatieve effect van de overgang naar de nieuwe standaard verantwoord op 1 januari 2017 en worden de vergelijkende cijfers over 2017 geheel conform IFRS 15 weergegeven. Bij 'Prospective Transition' worden de cumulatieve effecten van de overgang genomen op 1 januari 2018 met daarnaast de vergelijkende cijfers op basis van de oude standaard. Alliander heeft gekozen voor de 'full-retrospective' methode.

In 2015 is voor alle Alliander bedrijfsonderdelen het implementatieprogramma gestart, waarbij contracten, diensten en leveringen worden beoordeeld conform de nieuwe standaard, eventuele wijzigingen in waardering en opname en toelichtingsvereisten worden vastgesteld en de impact die dat heeft voor administratie en systemen. In 2017 is dit implementatieprogramma afgerond. De impact voor de gereguleerde activiteiten en vrij domein activiteiten zijn niet materieel voor wat betreft de waardering en opname van de opbrengsten. In het kader van de implementatie is een aantal aanpassingen in de financiële systemen doorgevoerd, zodat vanaf 1 januari 2018 aan de vereisten zal kunnen worden voldaan.

De belangrijkste bevindingen uit het implementatietraject zijn dat vanaf 1 januari 2018 uitgebreidere toelichtingsvereisten rondom met name onderhandenwerk posities voor derden, niet gerealiseerde prestaties, segmentatie van de omzet dienen te worden verantwoord. Daarnaast zal vanaf 2018 een verschuiving plaatsvinden in de winst-en-verliesrekening tussen overige opbrengsten en omzet. Onder omzet zullen de opbrengsten uit hoofde van contracten met klanten (IFRS 15) worden verantwoord en andere opbrengsten, zoals verhuuropbrengsten, zullen onder overige opbrengsten worden verantwoord. Voor 2017 betekent dit dat per saldo ca. € 100 miljoen verschuift van overige opbrengsten naar omzet.

IFRS 9 ‘Financial Instruments’. In juli 2014 heeft de IASB de complete versie van IFRS 9 ‘Financial Instruments’ gepubliceerd. In deze finale versie zijn de verschillende onderdelen van het IASB project ter vervanging van IAS 39 samengebracht. Dit omvat de opname en de waardering, de impairment en de eventuele hedge accounting van financiële instrumenten. Hiermee wordt een belangrijk deel van de richtlijnen van IAS 39 vervangen. IFRS 9 is van toepassing vanaf 1 januari 2018.

IFRS 9 kent aangepaste richtlijnen voor de opname en waardering van financiële activa. De classificatie van de financiële activa wordt gerelateerd aan het business model dat van toepassing is op de activa en daarbij is een nieuwe categorie geïntroduceerd voor bepaalde instrumenten, te weten Fair Value through Other Comprehensive Income (FVOCI). IFRS 9 kent een nieuw impairmentmodel voor alle financiële activa. Daarbij wordt uitgegaan van de verwachte verliezen in plaats van de opgetreden verliezen onder IAS 39. In de opname en waardering van financiële verplichtingen is enkel een wijziging aan de orde voor de verwerking van veranderingen in het eigen kredietrisico voor verplichtingen die tegen reële waarde worden opgenomen. Het effect als gevolg van wijzigingen in het eigen kredietrisico wordt verwerkt in het totaalresultaat (OCI). Verder kent IFRS 9 nieuwe voorwaarden voor hedge accounting waardoor een betere weergave van het risico management in de verslaggeving mogelijk wordt. IFRS 9 is van toepassing vanaf 1 januari 2018.

In 2017 is bij Alliander een implementatieprogramma gestart. De financiële activa zijn beoordeeld conform de nieuwe standaard IFRS 9. Eventuele wijzigingen in de opname, de waardering en toelichtingsvereisten, zijn vastgesteld alsmede de impact op administratie en systemen. Alliander kent een bescheiden portefeuille van financiële instrumenten die voor de categorie “voor verkoop beschikbare financiële activa” bestaat uit een belegging in schuldpapier van een grote internationale onderneming. Deze zal door de toepassing van IFRS 9 in 2018 een wijziging ondergaan in opname en waardering. Deze activa dienen ter dekking van verplichtingen uit hoofde van twee cross border leasecontracten. Gegeven het businessmodel, te weten 'aanhouden tot einde looptijd', zal dit schuldpapier onder IFRS 9 gewaardeerd worden tegen geamortiseerde kostprijs. Deze wijziging heeft tot gevolg dat de waardering van het schuldpapier voor € 43 miljoen. wordt verlaagd ten laste van de overige reserves in het eigen vermogen. De oorspronkelijke opname in het eigen vermogen van de posten herwaarderingsreserve van € 38 miljoen en de bijbehorende belastinglatentie van € 13 miljoen vervallen; dit wordt eveneens via de overige reserves verwerkt. Per saldo resulteert dit in een positieve mutatie van € 8 miljoen in de overige reserves van het eigen vermogen; dit wordt verwerkt per 1 januari 2018. De impact voor het nieuwe impairment model is geïnventariseerd en heeft niet geleid tot materiële wijzigingen. De te verwachten kredietverliezen worden met name op collectieve basis opgenomen. Alliander heeft naast de gereguleerde financiële activa een bescheiden positie in overige financiële activa van de vrije domein activiteiten. De impact is met name van procedurele aard en de impact is gering.

Alliander maakt per 31 december 2017 geen gebruik van hedge accounting.

IFRS 16 ‘Leases’. Op 13 januari 2016 heeft de IASB de nieuwe standaard voor leases gepubliceerd. In 2017 is bij Alliander een implementatieprogramma gestart waarbij de belangrijkste leasecontracten zijn geïnventariseerd. Het implementatietraject is inmiddels zodanig gevorderd dat kan worden nagegaan hoe Alliander dit organisatorisch gaat vormgeven. Alliander zal IFRS 16 per 1 januari 2019 implementeren en zal hierbij de ‘modified retrospective approach’ hanteren en niet de ‘full retrospective approach’. De zogenaamde ‘full retrospective approach’ is te omvangrijk gezien het belang van het onderwerp voor Alliander. Alliander overweegt binnen de ‘modified retrospective approach’ de praktische benadering toe te passen om voor de lopende contracten per 1 januari 2019 de bestaande leaseclassifiactie van de huurcontracten toe te passen; dit betekent dat voor de bestaande leasecontracten waarbij Alliander huurder is per 1 januari 2019 het verschil in de financiële vastlegging tussen financial lease en operational lease vervalt. Nieuwe leasecontracten worden vanaf 1 januari 2019 behandeld volgens IFRS 16. Belangrijk gevolg voor Alliander als huurder is met name dat rechten en verplichtingen uit hoofde van operationele leases op de balans zullen worden opgenomen. Als gevolg hiervan zal een zekere balansverlenging plaatsvinden. Daarnaast zal een verschuiving optreden van operationele kosten naar afschrijvingen en financiële lasten in de winst-en-verliesrekening. Hoe groot deze balansverlenging en verschuiving zullen zijn is nog niet exact aan te geven. In noot [19] is weergegeven dat de huidige verplichting uit hoofde van operationele leases € 153 miljoen bedraagt per eind 2017. Een belangrijk deel hiervan zal onder de nieuwe standaard als gebruiksrecht en als verplichting op de balans worden opgenomen. Het grootste deel van deze huurverplichtingen betreft panden en leaseauto’s.

De nieuwe standaard zal overigens geen effect hebben op de verantwoording van de cross border leases. De overige gepubliceerde toekomstige wijzigingen van standaarden en interpretaties zijn niet relevant voor Alliander en/of hebben geen materiële impact op Alliander en worden om die redenen niet nader toegelicht in deze jaarrekening.