Overige niet-financiële informatie
CO2 en energie
Deze paragraaf geeft een gedetailleerd overzicht van het energiegebruik en de CO2-gerelateerde impact van Alliander. Tevens worden de gebruikte methodologie en omrekenfactoren nader toegelicht.
Energieconsumptie
Alliander hanteert 2012 als referentiejaar voor de vergelijkingsgrondslag van de energie- en CO2-data. De reden is dat in 2012 doelstellingen voor CO2-gerelateerde emissies zijn geformuleerd. In dat jaar bedroeg de uitstoot 761 kton CO2-e zonder vergroeningsbeleid. De bruto uitstoot 2021 bedraagt 450 kton CO2e (-41% t.o.v. 2012), inclusief vergroening bedraagt de netto emissie van onze eigen organisatie 115 kton CO2e.
Tenminste 10% van het elektriciteitsgebruik van onze gebouwen wordt gedekt met eigen opwekking van hernieuwbare elektriciteit op de locatie. Het resterende verbruik van de elektriciteit voor gebouwen wordt ingekocht. De energiemix van deze inkoop bestaat uit 49,2% hernieuwbare energieproductie en 50,8% opwek uit gas. Het stroometiket hiervan geeft een percentage van 398 gr CO2/kWh. Het gehele CO2-volume wordt gecompenseerd met Garanties van Oorsprong van windopwekking in Nederland. Voor de kantoren Duiven en Arnhem Bellevue geldt bovendien dat deze vrijwel energieneutraal zijn (tenminste A-label). Daarnaast is sprake van teruglevering aan het elektriciteitsnetwerk. Alle kantoren van Alliander voldoen uiterlijk per 2023 aan A, B of C labelcriteria.
2021 | 2020 | 2019 | |
Energieconsumptie gebouwen | |||
Gasgebruik gebouwen (m3) | 1.069.106 | 920.301 | 1.386.649 |
Elektriciteitsgebruik gebouwen (kWh) | 8.202.984 | 8.095.728 | 9.779.593 |
Brandstof wagenpark (liter) | |||
Benzine | 1.115.626 | 1.103.185 | 1.360.318 |
Diesel | 2.770.679 | 3.102.545 | 4.392.424 |
LPG | 2.154 | 4.960 | 10.186 |
Elektriciteit1 (kWh) | 2.432.381 | 358.201 | 0 |
Woon-werk verkeer, dienstreizen, vliegreizen (km) | 8.846.583 | 11.157.113 | 29.122.704 |
- 1 Het elektriciteitsverbruik voor ons wagenpark was voor 2018 en 2019 opgenomen in het verbruik van onze bedrijfsgebouwen. Vanaf 2020 wordt dit cijfer separaat gerapporteerd.
GJ | 2021 | 2020 | 2019 | Conversiefactor1 |
Energieconsumptie gebouwen | ||||
Gas- en warmtegebruik | 37.600 GJ | 32.367 GJ | 32.384 GJ | 35,17 officiële energetische waarde aardgas Slochteren |
Elektriciteitsgebruik2 | 29.531 GJ | 29.145 GJ | 33.645 GJ | conversiefactor 3,6 omrekenfactor SI |
Totaal energiegebruik gebouwen | 67.131 GJ | 61.512 GJ | 66.029 GJ | |
Energieconsumptie mobiliteit | Conversiefactor | |||
Benzine | 36.146 GJ | 35.743 GJ | 50.190 GJ | conversiefactor 32,4 |
Diesel | 99.190 GJ | 111.071 GJ | 141.297 GJ | conversiefcator 35,8 |
LPG | 56 GJ | 129 GJ | 264 GJ | conversiefactor 26 |
Elektriciteit | 8.757 GJ | 1.290 GJ | 0 GJ | conversiefactor 3,6 |
Totaal energiegebruik mobiliteit | 144.149 GJ | 148.233 GJ | 191.751 GJ | |
Totaal energiegebruik | 211.280 GJ | 209.775 GJ | 257.780 GJ |
- 1 Bron calorische waarden en conversiefactoren: calorische waarde (joostdevree.nl)
- 2 De waarde van de teruglevering van elektriciteit aan het net bedraagt 4.2 GJ.
CO2-uitstoot en voetafdruk
Voor de weergave in het hoofdstuk Verduurzaming van de energievoorziening en van onze organisatie, wordt een sectoruniforme scope toegepast. Deze wijkt af van de het GHG-protocol. De waarden in CO2-equivalenten volgens het GHG-protocol zijn in onderstaande tabel opgenomen.
CO2-uitstoot in ton1 | 2021 | 20202 |
Scope 1 | ||
Gasverbruik gebouwen | 2.014 | 1.758 |
Warmteverbruik gebouwen | 33 | - |
Lekverlies Aardgasnetwerk | 138.575 | 136.032 |
Lease- & dienstauto's | 13.466 | 13.346 |
SF6-emissies | 1.097 | 2.488 |
Inzet aggregaten | 8.848 | 8.479 |
Totaal scope 1 eigen organisatie | 164.034 | 162.104 |
Scope 2 | ||
Elektriciteit gebouwen | 3.330 | 3.287 |
Netverlies elektriciteit technisch | 194.017 | 139.276 |
Netverlies elektriciteit administratief | 87.012 | 62.462 |
Totaal scope 2 eigen organisatie | 284.359 | 205.025 |
Scope 3 | ||
Woon-werk verkeer | 1.419 | 1.677 |
Dienst- en vliegreizen | 31 | 20 |
Totaal scope 3 eigen organisatie | 1.450 | 1.697 |
Totaal scope 1,2 & 3 eigen organisatie | 449.842 | 368.825 |
Vergroening / Compensatie | ||
Vergroening netverliezen E | 281.029 | 170.070 |
Vergroening netverliezen G | 40.048 | 6.802 |
Vergroening gasgebruik gebouwen | 2.047 | 1.758 |
Vergroening elektriciteitsgebruik gebouwen | 3.330 | 3.287 |
Vergroening wagenpark | 7.888 | 10.776 |
Totaal vergroening eigen organisatie | 334.343 | 192.692 |
Totaal eigen organisatie inclusief vergroening | 115.499 | 176.133 |
Scope 3- Ketenemissies | ||
Componenten ten behoeve van uitbreiding / vernieuwing netwerk | 205.830 | - |
Onderhoud, aanleg & ingekochte diensten | 164.382 | - |
Overig (afval, investeringen & energie) | 75.591 | - |
Totaal scope 3 Ketenemissies | 445.802 | - |
Totaal voetafdruk | 561.301 | 176.133 |
- 1 De CO2 uitstoot is berekend naar CO2 equivalenten. De belangrijkste onderliggende broeikasgassen zijn: methaan, SF6 en CO2 emissies ten gevolge van energieopwekking uit fossiele bron.
- 2 Het resultaat van de CO2-uitstoot voor 2020 is herberekend volgens de meest recente emissiefactoren (2020).
De meeste gegevens, zoals opgenomen in de tabellen en grafieken in dit verslag, zijn gebaseerd op onderliggende bronsystemen. Voor een aantal gegevens wordt gebruik gemaakt van de registratie en/of rapportage door derden.
Bij totstandkoming van de CO2-voetafdruk en het energiegebruik wordt gebruik gemaakt van aannames en inschattingen. Sinds 2016 wordt de CO2-emissiefactor voor het netverlies berekend op basis van de inkoop van het netverlies bij onze leveranciers. Voor het jaarverslag 2021 zijn de stroometiketten van 2020 gehanteerd. Dit leidt tot een waarde van de CO2-coëfficiënt van 0,21743 kg CO2/kWh. Dit is inclusief een correctie van 2% voor tank-to-wheel. 62% van de CO2-footprint wordt veroorzaakt door netverlies elektriciteit. Vanaf 2020 kopen Netbeheerders het aardgaslekverlies over een groter deel van de keten verplicht in. Dit heeft tot gevolg dat het aandeel hiervan in de voetafdruk substantieel is toegenomen. Het aandeel van de gaslekverliezen in de bruto voetafdruk 2021 is 31%, ter vergelijking; in 2019 11%. Het lekverlies gas is gebaseerd op verbruik door klanten zonder energiecontract, oneigenlijk gebruik of diefstal van gas van het net en het aantal kilometers leiding van het gasnetwerk van Alliander. Gietijzeren leidingen hebben hierbij een hoger lekverlies (322,5 m3 per kilometer) en daarmee een hogere uitstoot dan de reguliere kunststofleidingen (55,3 m3 per kilometer). De CO2-equivalent die gehanteerd wordt is 28 (methaan). Over 2021 rapporteren wij ketengerelateerde emissies van inkoop, als onderdeel van scope 3. Dit betreft emissies die plaatsvinden bij onze leveranciers bij het maken, transporteren en leveren van diensten en producten. Berekening vindt plaats op basis van emissie-kentallen per sector vermenigvuldigd met de uitgaven van Alliander in de sector. Deze emissies vallen buiten onze klimaatdoelstelling en zijn geen onderdeel van de intensiteitsindicator.
2021 | 20201 | 2019 | 2018 | 2017 | ||
CO2e emissies netto | kton | 115 | 176 | 243 | 288 | 416 |
Netto omzet | € miljoen | 2.120 | 2.009 | 1.930 | 1.920 | 1.697 |
CO2e emissies/netto omzet | ton/€ miljoen | 54 | 88 | 126 | 150 | 245 |
- 1 Het resultaat van de CO2-uitstoot voor 2020 is herberekend volgens de meest recente emissiefactoren (2020).
Onze CO2 voetafdruk per miljoen euro omzet is de laatste jaren sterk verminderd door gerichte maatregelen.
Transport
De grootste impact die Alliander heeft ontstaat bij het energietransport naar eindgebruikers van energie, het gaat hierbij om de volgende hoeveelheden:
2021 | 2020 | 2019 | |
Electriciteitstransport | 27.262 GWh | 29.723 GWh | 28.548 GWh |
Gastransport | 6.056 miljoen m3 | 5.600 miljoen m3 | 5.860 miljoen m3 |
Het berekende netverlies is het eindresultaat van het allocatie- en reconciliatieproces, waarbij het verschil wordt berekend van alle volumes die het Liander-net opgaan minus alle volumes die worden afgenomen door eindgebruikers. De belangrijkste oorzaken van netverlies zijn de (weerstand)verliezen tijdens elektriciteitstransport, verbruik door klanten zonder energiecontract en oneigenlijk gebruik of diefstal van stroom van het net. Het totaal netverlies wordt in een zogenaamd reconciliatieproces definitief vastgesteld. Data zijn vanwege meteropnames en accurate verrekening en toewijzing pas na enige jaren definitief.
Voor de energie-intensiteitsratio hanteert Alliander het eigen energieverbruik in GJ in verhouding tot de netto-omzet. In deze ratio worden het gas- en elektriciteitsgebruik van de gebouwen en het brandstofgebruik voor mobiliteit meegenomen. Het verloop van de ratio over een reeks van jaren toont de afname van het eigen energieverbruik per miljoen euro netto-omzet. Door een lagere bezetting van onze gebouwen ten gevolge van de epidemie zien we een afname van het energiegebruik.
2021 | 2020 | 2019 | |
Energieintensiteitsratio | 99 GJ/€ miljoen (211.280/2.127) | 104 GJ/€ miljoen (209.775/2.009) | 133,6 GJ/€ miljoen (257.780/1.930) |
- * Deze informatie is niet beschikbaar naar energietype. Voor Alliander geldt dat er inzicht is in de energietypes voor scope 1 gebruik, het onderscheid naar energietype voor eigen gebruik heeft een veel minder grote omvang en impact en is daarom niet materieel.
Groen gas
De totale invoeding groen gas in het verzorgingsgebied in aantal m3 in het jaar 2021 was 59 miljoen m3: een stijging van 7% ten opzichte van 2020. Dit gebeurde met 22 groen gas-aansluitingen. Met groen gas wordt bedoeld:
Groen gas: Bio-SNG, Biogas of Stortgas dat tot aardgaskwaliteit is opgewerkt Biogas: Gas dat zich binnen de definitie van gas in de Begrippenlijst gas onderscheidt doordat het een product is uit een vergistingsproces. Het bevat voornamelijk CH4 en CO2.
Stortgas: Gas dat zich binnen de definitie van gas in de Begrippenlijst gas onderscheidt doordat het een product is van een stortplaats. De samenstelling is vergelijkbaar met Biogas.
Bio-SNG: SNG dat geproduceerd wordt uit uitsluitend biomassa.
Crisisorganisatie
Alliander beschikt over een crisisorganisatie, die onder meer bij grote storingen wordt ingezet. In deze organisatie draaien functionarissen van diverse afdelingen piketdiensten. Afhankelijk van de aard en omvang van het incident stellen we na afloop een case- en/of onderzoeksteam samen om eventuele interne en/of externe onderzoeken te begeleiden en af te ronden. Alle grote incidenten worden geëvalueerd, op basis waarvan mogelijke verbeteringen worden geïdentificeerd en geïmplementeerd.
MVO-organisatie
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) is een integrale verantwoordelijkheid voor alle bedrijfsonderdelen en maakt deel uit van de Planning & Control cyclus. Alle bedrijfsonderdelen beschikken over een analyse van de kwalitatieve en kwantitatieve maatschappelijke effecten van hun bedrijfsvoering. De Raad van Bestuur is in zijn geheel verantwoordelijk voor de economische, ecologische en sociale impact van Alliander. De manager MVO communiceert het beleid naar de directeuren van de bedrijfsonderdelen en faciliteert het directieteam bij het vaststellen van kwantificeerbare parameters voor het monitoren van voortgang. De Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen consulteren vertegenwoordigers van de stakeholders. Door aanwezigheid of vertegenwoordiging in regulier en ad-hoc overleg wordt actief kennisgenomen van ontwikkelingen en standpunten over strategische thema's. Zie het hoofdstuk Interactie met stakeholders voor de verschillende maatschappelijke onderwerpen die zijn besproken.
De resultaten van het MVO-beleid worden met de stakeholders geëvalueerd. Aan de hand van onder meer klantconsultaties, medewerker enquêtes, aandeelhoudersbijeenkomsten, rondetafelbijeenkomsten en de maatschappelijke verslaglegging wordt vastgesteld in welke mate stakeholders het beleid en de resultaten waarderen.
Externe assurance Maatschappelijk deel Jaarverslag
Alliander vindt het voor haar stakeholders van belang om assurance te verkrijgen bij het maatschappelijk deel van het jaarverslag. Voor het jaarverslag 2021 heeft Alliander een goedkeurend assurance-rapport met een redelijke mate van zekerheid verkregen voor het meest relevante deel van het jaarverslag, namelijk de belangrijkste stuurvariabelen van het bedrijf (financieel én niet financieel).
Daarnaast heeft Alliander redelijke mate van zekerheid verkregen bij de meest materiële thema's voor de verslaggeving (Materialiteitstoets). Ook heeft Alliander een goedkeurend assurance-rapport met beperkte mate van zekerheid verkregen bij de rest van het maatschappelijk deel van het jaarverslag. Ter waarborging van de kwaliteit van de maatschappelijke informatie hanteert Alliander het 'three-lines-model'. Vanuit onder meer de stakeholderdialoog, materialiteitstoets en GRI vindt een uitvraag plaats bij de bedrijfsonderdelen voor de aanlevering van maatschappelijke informatie. De bedrijfsonderdelen vormen de eerste verdedigingslinie en zijn verantwoordelijk voor het aanleveren van betrouwbare informatie. De business controller van het desbetreffende bedrijfsonderdeel, als tweede verdedigingslinie, bewaakt de tijdige en betrouwbare aanlevering door de bedrijfsonderdelen. De business controller toetst onder meer de onderbouwing en analyses aangeleverd door de bedrijfsonderdelen en bouwt een dossier op voor de verificatie door de interne accountantsdienst. De interne accountantsdienst vormt de derde verdedigingslinie en verifieert de maatschappelijke informatie alvorens deze door de externe accountant wordt beoordeeld. De externe accountant vormt het sluitstuk van het verificatieproces en verstrekt uiteindelijk zekerheid, zoals verwoord in haar verklaring.
Aanvullende data
Omschrijving | 31-12-2021 | 31-12-2020 |
Datum verslag | 24-feb-22 | 18-feb-21 |
Klant | ||
Frequentie stroomonderbreking (Saifi) | 0,267 | 0,328 |
Stroomonderbrekingsduur Saidi (minuten) | 20,9 | 23,2 |
Caidi (minuten) | 78,2 | 70,6 |
Efficiency van transport en distributie: Totaal netverlies als % van de totale invoeding | 4,21% | 4,40% |
Totale lengte van gehuurde glasvezelinfrastructuur | 4.986 km | 4.416 km |
Totale lengte van eigen glasvezelinfrastructuur | 4.279 km | 4.158 km |
Nieuw gerealiseerde glasvezelinfrastructuur | 121 km | 253 km |
Aantal afgesloten panden | 3.210 | 3.756 |
Medewerker | ||
Percentage medewerkers dat in aanmerking komt voor pensioenregeling over 5 jaar | 25% | 26% |
Percentage medewerkers dat in aanmerking komt voor pensioenregeling over 10 jaar | 36% | 37% |
Medewerkers met arbeidsovereenkomst bepaalde tijd (aantal) | 592 | 598 |
Percentage man arbeidsovereenkomst bepaalde tijd | 81% | 80% |
Percentage vrouw arbeidsovereenkomst bepaalde tijd | 19% | 20% |
Medewerkers met arbeidsovereenkomst onbepaalde tijd (aantal) | 5.571 | 5.383 |
Percentage man arbeidsovereenkomst onbepaalde tijd | 81% | 81% |
Percentage vrouw arbeidsovereenkomst onbepaalde tijd | 19% | 19% |
Medewerkers met fulltime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract (aantal) | 5.799 | 5.683 |
Percentage man met fulltime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract | 88% | 88% |
Percentage vrouw met fulltime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract | 11% | 12% |
Medewerkers met inhuurcontract (aantal) | 1.151 | 1.067 |
Percentage man inhuurcontract | 83% | 83% |
Percentage vrouw inhuurcontract | 16% | 17% |
Medewerkers met parttime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract (aantal) | 1.514 | 1.362 |
Percentage man met parttime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract | 53% | 51% |
Percentage vrouw met parttime arbeidsovereenkomst of inhuurcontract | 47% | 49% |
Totale personeelomvang (aantal) | 7.313 | 7.122 |
Totale eigen personeelomvang (FTE) | 5.991 | 5.881 |
Totale personeelomvang Inhuur (FTE) | 1.172 | 980 |
Percentage werknemers betrokken bij en onderhevig aan collectieve regelingen arbeidsovereenkomsten | 99,93% | 99,93% |
Instroom mannelijke medewerkers (aantal) | 539 | 574 |
Instroom vrouwelijke medewerkers (aantal) | 133 | 139 |
Uitstroom mannelijke medewerkers (aantal) | 381 | 414 |
Uitstroom vrouwelijke medewerkers (aantal) | 91 | 99 |
Medewerkers in leeftijdscategorie < 25 jaar | 113 | 125 |
Medewerkers in leeftijdscategorie ≥ 55 jaar | 1.577 | 1.560 |
Medewerkers in leeftijdscategorie 25 - 35 jaar | 1.288 | 1.319 |
Medewerkers in leeftijdscategorie 35 - 45 jaar | 1.790 | 1.673 |
Medewerkers in leeftijdscategorie 45 - 55 jaar | 1.395 | 1.380 |
Medewerkers in leidinggevende posities (aantal) | 469 | 470 |
Mannelijke medewerkers (aantal) | 4.959 | 4.866 |
Vrouwelijke medewerkers (aantal) | 1.203 | 1.191 |
Vrouwelijke medewerkers in leidinggevende positie | 28,1% | 29,0% |
Medewerkers met afstand tot de arbeidsmarkt (aantal) | 62 | 108 |
Verhouding salaris vrouw/man | 101,3% | 100,7% |
Verzuimpercentage | 4,6% | 3,9% |
Verzuimpercentage vrouw | 5,4% | 4,3% |
Verzuimpercentage man | 4,4% | 3,9% |
Aantal gevallen van gemelde klachten over arbeidsomstandigheden via het formele klachten mechanisme | 51 | 32 |
Aandeel van het medewerkersbestand dat is vertegenwoordigd in formele arbo-commissies van werkgever en werknemer | 99,9% | 99,9% |
Aantal gemelde gevallen van ongewenste omgangsvormen (en discriminatie) door medewerkers | 33 | 33 |
Aantal medewerkers die dit jaar veiligheidsopleiding hebben gevolgd (opleiding en examen met goed gevolg afgelegd) | 1.789 | 1.511 |
Aantal Contractanten die dit jaar veiligheidsopleiding hebben gevolgd (opleiding en examen met goed gevolg afgelegd) | 205 | 156 |
Milieu | ||
Monetaire waarde van significante boetes en totaal aantal niet-monetaire sancties wegens niet naleven van milieuwet- en - regelgeving | € 0 | € 3.000 |
Aantal bij bevoegd gezag gemelde milieu incidenten | 9 | 3 |
Aantal opgelegde niet financiële sancties wegens niet (goed) naleven van milieu wet- en regelgeving | 1 | 1 |
Waterverbruik (m3) | 6.029 | 25.473 |
Kantoorafval: papier (ton) | 736 | 815 |
Kantoorafval: datazeker papier (ton) | 51 | 60 |
Kantoorafval: divers (ton) | 239 | 324 |
Kantoorafval: gevaarlijk (ton) | 9 | 1 |
Bedrijfsafval: metaal (ton) | 7.044 | 7.252 |
Bedrijfsafval: hout (ton) | 288 | 228 |
Bedrijfsafval: kunststof (ton) | 724 | 740 |
Bedrijfsafval: grond (ton) | 1.023 | 1.734 |
Bedrijfsafval: divers (ton) | 4.788 | 4.252 |
Gevaarlijk afval (ton) | 926 | 616 |
Afval: totaal jaar gewicht (ton) | 15.828 | 16.021 |
Bestuur en Maatschappij | ||
Significante financiële steun van overheden (lager belastingtarief, subsidies, krediet, investeringspremies) | € 1.518.625 | € 568.575 |
Ongevallen en gezondheidsklachten van burgers in relatie tot bedrijfsmiddelen/ juridische procedures gezondheid en veiligheid van klanten en/of derden | 1 afgerond, 0 lopend | 1 lopend, 0 afgerond |
Monetaire waarde van significante boetes wegens het niet naleven van wet- en regelgeving betreffende de levering en het gebruik van producten en diensten | € 25.000 | € 3.000 |
Lopende rechtszaken tegen de organisatie door derden waarin corruptie/fraude (onderdeel van) de aanklacht vormt (aantal) | 0 | 0 |
Bedrijven waarmee relatie is verbroken vanwege corruptie/ fraude (aantal) | 0 | 0 |
Medewerkers geconfronteerd met maatregelen vanwege corruptie/fraude (aantal) | 5 | 4 |
ISO 9001 Certificaat | ||
ISO 14001 Certificaat | ||
OHSAS 18001 Certificaat | ||
Eisen aan een Veiligheids-, kwaliteits- en capaciteitsmanagementsysteem voor het elektriciteits- en gasnetbeheer | ||
VCA Certificaat | ||
VGM Checklist | ||
CO2 prestatieladder | ||
ISO 55001 Assetmanagement |